AI-ondersteuning moet nauwkeurigheid van tellingen Ladogameerrob verbeteren

Natuurbeschermingsorganisaties zetten technologie op basis van kunstmatige intelligentie (AI) in om de populatiemetingen van de kwetsbare Ladogameerrob (Pusa hispida ladogensis) te verbeteren. Het 'Fonds voor Vrienden van de Baltische Ringelrob' werkte samen met deskundigen van ANO 'Eco-Factor' aan de ontwikkeling van deze geavanceerde telmethode. De innovatieve aanpak combineert AI-algoritmen met infraroodluchtfotografie, vastgelegd door onbemande luchtvaartuigen (UAV's). Deze methode wordt door kenners beschouwd als betrouwbaarder dan traditionele visuele tellingen op het ijs, waarbij een significant aantal zeehonden gemist kan worden.

De Ladogameerrob is een ondersoort die uniek is voor het Ladogameer, het grootste zoetwaterlichaam van Europa. De soort is geclassificeerd als kwetsbaar in de Rode Lijst van de Russische Federatie, een status die ook door de IUCN wordt gedeeld. De populatie heeft een aanzienlijke daling doorgemaakt: schattingen daalden van circa 20.000 exemplaren in de jaren dertig van de vorige eeuw naar slechts 3.000 tot 5.000 in de vroege jaren 2000 als gevolg van intensieve jacht, die pas in 1980 werd verboden. Recente schattingen wijzen op een huidige populatie van ongeveer 7.500 zeehonden, hoewel bronnen uit 2012 spraken van 5.000 tot 8.000, wat de noodzaak van nauwkeurige monitoring onderstreept. De praktische implementatie van de nieuwe AI-telmethode staat gepland voor maart 2026.

De overleving van deze landgeïsoleerde ondersoort, die zich na het einde van de Weichsel-vergletsjering afscheidde van de Arctische ringelrob, wordt bedreigd door diverse antropogene factoren. Naast de historische jacht blijven verstrikt raken in visnetten en toenemende verstoring door recreatieve activiteiten serieuze gevaren vormen. Bovendien vormt klimaatverandering een directe bedreiging door de vermindering van winterijs en sneeuwbedekking, wat essentieel is voor de bouw van geboortekamers. Onderzoek uit 2020, toen het meer nauwelijks ijs had, toonde aan dat de dieren toevlucht zochten op de kusten van afgelegen eilanden en rotsachtige inhammen in het noordelijke deel van het meer, wat de flexibiliteit van UAV-technieken benadrukt.

De Ladogameerrob, die jaarlijks in februari of maart werpt, is strikt pagofiel en afhankelijk van ijs voor de voortplanting in sneeuwdekken op vast ijs of sneeuwduinen langs de kusten. De noordelijke regio van het Ladogameer, met zijn scherenkust, is een cruciaal broedgebied, waar naar schatting 20% van de populatie zich voortplant, terwijl ongeveer 80% in het centrale, open deel broedt. Een recente telling van 5.680 individuen in het noordelijke deel tijdens de ijsvrije monitoring van 2020 suggereert een voorlopige stabiliteit ten opzichte van de tellingen van 6.000 tot 6.500 in 2012. Organisaties zoals het 'Baltic Seal Friends Fund' ondersteunen ook rehabilitatiecentra, zoals dat in Solnechniy, om jonge zeehonden op te vangen die te vroeg van hun moeder gescheiden zijn.

De aanhoudende interactie tussen vissers en zeehonden blijft een aandachtspunt; de bijvangst werd in 2019 geschat op ongeveer 246 zeehonden, wat lager was dan in 2011, maar nog steeds een risico vormt. Projecten zoals 'CoExist', geïnitieerd door Biologen voor Natuurbehoud, werken samen met lokale vissers aan methoden om schade door predatie op netten en onbedoelde bijvangst te minimaliseren. De volwassen Ladogameerrob bereikt een lengte van ongeveer 150 cm en weegt tussen de 60 en 70 kg. De inzet van AI in de monitoring belooft een efficiëntere en minder verstorende manier om de populatieomvang en -verdeling nauwkeurig vast te stellen voor het beheer van deze zeldzame, in zoetwater geïsoleerde populatie.