Interstellaire Bezoeker 3I/Atlas Stoot Levensbouwstenen Uit Tijdens Terugtrekking van de Zon

Astrochemici van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA hebben bevestigd dat het interstellaire object 3I/Atlas, de derde geregistreerde bezoeker uit de interstellaire ruimte, fundamentele chemische verbindingen uitstoot die cruciaal zijn voor abiogenese. Dit gebeurt nu het object zich verwijdert van ons Zonnestelsel na het passeren van zijn perihelium op 29 oktober 2025.

De waarnemingen, uitgevoerd gedurende 2025, leveren empirisch bewijs voor astrobiologische theorieën, met name die met betrekking tot panspermie. De Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) in Chili speelde een sleutelrol bij het verzamelen van gedetailleerde spectroscopische gegevens. De analyse, geleid door Dr. Martin Cordiner van NASA's Goddard Space Flight Center, onthulde ongewoon hoge concentraties van twee levensprecursoren: waterstofcyanide (HCN) en methanol (CH3OH) in de komeetkoma. Methanol vertegenwoordigt ongeveer acht procent van het totale geëmitteerde materiaal, wat neerkomt op circa vier keer de niveaus die zijn vastgesteld bij inheemse kometen van ons Zonnestelsel. Waterstofcyanide wordt met een snelheid van 250 tot 500 gram per seconde uit de rotsachtige kern vrijgegeven.

Object 3I/Atlas werd voor het eerst opgemerkt op 1 juli 2025 door het ATLAS-telescoopsysteem. Het object bereikte zijn perihelium, het dichtstbijzijnde punt bij de Zon, op 29 oktober 2025. Dr. Cordiner concludeerde dat deze buitengewoon hoge methanolproductie suggereert dat het bereiken van een hoge chemische complexiteit waarschijnlijk niet mogelijk was zonder de vorming ervan. Dit ondersteunt de hypothese dat objecten zoals 3I/Atlas miljarden jaren geleden de kiem voor het leven op Aarde zouden kunnen hebben gelegd. De verhouding van methanol tot blauwzuur (waterstofcyanide), zoals gemeten door ALMA over verschillende afstanden tot de Zon, bedraagt 124 tegenover 79. Dit overtreft de meeste kometen in ons Zonnestelsel, met uitzondering van de komeet C/2016 R2 (PanSTARRS).

Astrofysicus Avi Loeb van Harvard University bood een interpretatie aan die de chemische samenstelling koppelt aan zijn theorie van gerichte panspermie. Hij suggereerde de ‘vriendelijke aard’ van het object, gebaseerd op de abnormaal hoge verhouding van methanol tot waterstofcyanide. Tegelijkertijd wees Loeb op aanhoudende anomalieën, zoals de zeven jets die van het oppervlak uitgaan. Hij merkte op dat een natuurlijke komeet onvoldoende oppervlakte zou hebben om de waargenomen massastroom van deze jets te verklaren.

3I/Atlas vertoont een hyperbolische baanexcentriciteit van 6,139, wat zijn buitenzonnse oorsprong onomstotelijk bevestigt. Schattingen wijzen uit dat het object tussen de 7 en 11 miljard jaar door de Melkwegschijf heeft gereisd. De dichtste nadering tot de Aarde staat gepland voor 19 december 2025, op een afstand van ongeveer 270 miljoen kilometer (1,8 AE). De komeet zal echter te zwak zijn om met het blote oog te zien (visuele magnitude rond +14,75m).

De Europese JUICE-sonde zal aanvullende gegevens leveren na het passeren van zijn eigen perihelium op 4 november 2025, en NASA’s Juno-sonde zal dichterbij komen op 16 maart 2026. De wetenschappelijke gemeenschap, waaronder de groep van Nathan Roth bij het Goddard Center, blijft de gegevens analyseren om vast te stellen of deze chemische kenmerken het gevolg zijn van galactische straling of wijzen op andere processen. Nu 3I/Atlas het Zonnestelsel verlaat met een snelheid van ongeveer 58 km/s, biedt het een unieke kans om de chemie van exoplaneetstelsels te bestuderen.