Oostenrijks Parlement Keurt Wet Goed: Hoofddoekenverbod Voor Meisjes Onder 14 Jaar

De Oostenrijkse Tweede Kamer heeft op donderdag 11 december 2025 een belangrijke wetswijziging aangenomen. Deze wet legt een verbod op het dragen van hoofddeksels die als 'in overeenstemming met islamitische tradities' worden beschouwd voor meisjes die de leeftijd van veertien jaar nog niet hebben bereikt. Het verbod geldt voor zowel openbare als particuliere onderwijsinstellingen in het hele land.

De wetgevende stap, die werd gesteund door de regerende coalitie bestaande uit de Conservatieve Volkspartij (ÖVP), de Sociaaldemocratische Partij (SPÖ) en de liberale partij Neos, wordt gepresenteerd als een maatregel ter bevordering van gendergelijkheid. Bovendien stelt men dat het jonge meisjes beschermt tegen externe druk en beïnvloeding. Dit wetsvoorstel werd met een ruime meerderheid goedgekeurd, ondanks weerstand vanuit de oppositiebanken.

Hoewel de wet nu is aangenomen, is er een overgangsperiode vastgesteld. Vanaf februari 2026 zal er een voorlichtingsfase ingaan, voordat de handhavingsmaatregelen daadwerkelijk van kracht worden. De definitieve inwerkingtreding van de wet staat gepland voor september 2026. Ouders die zich herhaaldelijk niet aan de nieuwe regels houden, riskeren administratieve boetes die kunnen oplopen van 150 tot 800 euro.

Op basis van een onderzoek uit 2019 wordt geschat dat deze beperking potentieel ongeveer 12.000 leerlingen in Oostenrijk zou kunnen raken. Voorstanders van de maatregel, waaronder Integratieminister Claudia Plakolm (ÖVP) en Neos-parlementsleider Yannick Shetty, benadrukken dat het doel is de vrijheid van deze meisjes te waarborgen en de oplegging van externe beperkingen te voorkomen. Shetty liet weten dat de schoolomgeving vrij moet blijven van religieuze verplichtingen.

De oppositie, met name de Groenen, heeft echter scherpe kritiek geuit en bestempelde de wet als 'overduidelijk ongrondwettelijk', waarbij zij een mogelijke vernietiging door de rechterlijke macht voorzien. De Islamitische Religieuze Gemeenschap in Oostenrijk (IGGOe) uitte eveneens haar ernstige bezorgdheid. Zij stellen dat deze bepaling 'de sociale cohesie in gevaar brengt' en fundamentele rechten schendt.

De historische context speelt hierbij een grote rol. In 2020 annuleerde het Oostenrijkse Constitutionele Hof een vergelijkbaar verbod dat gericht was op meisjes onder de tien jaar. Destijds werd geoordeeld dat dit discriminerend was ten opzichte van moslims en het principe van religieuze neutraliteit van de staat schond. De huidige regering, die na februari 2025 onder leiding van Christian Stocker (ÖVP) is gevormd, beweert dat zij juridische zwakke punten heeft aangepakt die tot de eerdere afwijzing leidden. Desondanks gaf Yannick Shetty toe dat er onzekerheid blijft bestaan over de uitkomst van een eventuele rechterlijke toetsing.

De extreemrechtse Vrijheidspartij van Oostenrijk (FPÖ), die volgens recente peilingen haar positie aanzienlijk heeft verstevigd, steunt de nieuwe wet. Zij zien dit als een 'eerste stap' naar een mogelijk breder verbod dat ook schoolpersoneel en alle leerlingen zou kunnen omvatten. Mensenrechtenorganisatie Amnesty International liet zich ook kritisch uit. Zij waarschuwden dat deze wetgeving enkel bijdraagt aan het reeds bestaande racistische klimaat jegens moslims in het land.