Volledige 2000 jaar oude 'Boek der Liederen' uit Han-dynastie ontdekt in China

Chinese archeologen hebben recentelijk een van de belangrijkste ontdekkingen van de afgelopen jaren bekendgemaakt: de identificatie van een eeuwenoud manuscript van de “Shijing,” beter bekend als het “Boek der Liederen.” Dit literaire meesterwerk behoort tot de oudste en meest gerespecteerde werken binnen de Chinese literatuur. De uitzonderlijke tekst werd aangetroffen in de graftombe van Liu He, de markies van Haihun en tevens een kleinzoon van keizer Wu van de Han-dynastie. Deze locatie, gelegen in de stad Nanchang in de provincie Jiangxi, is sinds 2011 het centrum van uitgebreide archeologische opgravingen.

Het manuscript zelf bestaat uit honderden smalle bamboeplankjes, waarop de oude schrijvers met inkt karakters aanbrachten. Elk plankje meet ongeveer drieëntwintig centimeter in lengte en bevat aan elke zijde tussen de twintig en vijfentwintig tekens. Om het kwetsbare materiaal niet te beschadigen, maakten specialisten gebruik van infraroodscanning om de inhoud te herstellen. Uit dit onderzoek bleek dat de tekst exact 305 gedichten en 7274 regels omvat. Dit aantal komt overeen met de klassieke, volledige versie van het “Boek der Liederen.” Hierdoor is dit exemplaar de allereerste bekende complete editie van dit literaire monument dat tot op heden bewaard is gebleven.

Yang Jun, de leider van de opgravingen, benadrukt dat deze vondst van onschatbare waarde is voor ons begrip van het culturele en educatieve systeem tijdens de Westelijke Han-periode. Wetenschappers vermoeden sterk dat deze specifieke tekstvariant mogelijk diende als lesmateriaal voor het confucianistische onderwijs. Het “Boek der Liederen” werd immers beschouwd als een verplicht onderdeel van de scholing voor de Chinese aristocratie.

De eigenaar van het graf, markies Liu He, neemt een bijzondere positie in de geschiedenis van de Han-dynastie in. Hij was de kleinzoon van keizer Wu, een van de machtigste heersers van zijn tijd. Na de dood van zijn grootvader besteeg Liu He kortstondig de troon, maar hij werd na slechts zevenentwintig dagen afgezet en ontving later de titel van markies van Haihun. Ondanks zijn extreem korte regeerperiode getuigt zijn begraafplaats van de hoge mate van geletterdheid en de rijke culturele tradities die kenmerkend waren voor de aristocratie uit die periode.

De opgravingen van de graftombe, die in 2011 van start gingen, hebben reeds een schat aan onbetaalbare artefacten opgeleverd. Hiertoe behoren gouden sieraden, bronzen vaten, muziekinstrumenten, spiegels en honderden inscripties op bamboeplankjes. Desondanks wordt de complete versie van het “Boek der Liederen” beschouwd als de meest centrale en baanbrekende ontdekking. Deze vondst heeft het potentieel om ons inzicht in de geschiedenis van de Chinese schriftcultuur en de poëtische canon fundamenteel te wijzigen.

Het “Boek der Liederen” heeft een unieke en centrale plaats binnen de Chinese cultuur. Algemeen wordt aangenomen dat de verzameling werd samengesteld tussen de elfde en zevende eeuw voor Christus. Later werd het werk geredigeerd door Confucius zelf, die het opnam in de canon van de “Vijf Klassieke Boeken.” De gedichten in deze bundel beschrijven het dagelijks leven, rituelen en het wereldbeeld van de oude samenleving, waarbij de harmonie tussen de natuur, de staat en de mens wordt weerspiegeld. Eeuwenlang vormde de tekst de basis voor de confucianistische opvoeding en werd het beschouwd als een cruciale bron van morele waarden.

De rol van moderne technologie is cruciaal geweest bij zowel het behoud als de ontcijfering van deze eeuwenoude tekst. Door het gebruik van infrarood- en 3D-scanners waren de onderzoekers in staat om de nauwelijks zichtbare karakters te lezen en de oorspronkelijke volgorde van de bamboeplankjes te reconstrueren. Er zijn plannen om de herstelde tekst de komende jaren digitaal te publiceren. Dit zal wetenschappers wereldwijd in staat stellen om de tekst te vergelijken met latere versies en zo de ontwikkeling van de taal en de poëtische vormen in het oude China nauwkeuriger vast te stellen.

De ontdekking van de complete editie van het “Boek der Liederen” in het graf van Liu He is meer dan louter een archeologische gebeurtenis. Het fungeert als een krachtig symbool van de continuïteit van de Chinese beschaving. Het bevestigt dat de intellectuele en literaire tradities, die meer dan tweeduizend jaar geleden werden gevestigd, tot op de dag van vandaag voortleven en een ononderbroken verbinding tussen het verleden en het heden waarborgen.