Archeologen hebben nabij de Taposiris Magna tempel, ten westen van Alexandrië, een aanzienlijke onderwaterhaven ontdekt. Deze vondst, die zich op ongeveer 12 meter diepte bevindt, bestaat uit structuren die tot meer dan 6 meter hoog reiken en omvat gepolijste vloeren, cementblokken, ankers en amforen die dateren uit de tijd van Cleopatra VII. De ontdekking ondersteunt de theorie van archeoloog Kathleen Martinez, die al meer dan twintig jaar zoekt naar het graf van Cleopatra en Marcus Antonius. Martinez vermoedt dat de laatste farao van Egypte hier mogelijk begraven ligt.
De onderwaterhaven, die deel zal uitmaken van een aankomende National Geographic special, versterkt Martinez's hypothese dat Cleopatra na haar dood in 30 v.Chr. naar Taposiris Magna werd gebracht. Van daaruit zou ze via een reeds ontdekte ondergrondse tunnel naar de haven zijn vervoerd, om vervolgens op een geheime locatie te worden begraven. De haven en de mogelijke begraafplaats werden in 365 n.Chr. overspoeld door een tsunami, veroorzaakt door een aardbeving op Kreta.
Taposiris Magna, gesticht door farao Ptolemaeus II Philadelphus tussen 280 en 270 v.Chr., was meer dan alleen een religieus centrum. Het fungeerde als een belangrijk knooppunt voor handel, dat landroutes en het Mareotismeer verbond met Alexandrië. De naam 'Taposiris Magna' betekent 'Grote Tombe van Osiris', wat mogelijk symbolische betekenis heeft in de context van de zoektocht naar het graf van Cleopatra, die zich identificeerde met de godin Isis.
Ondanks scepsis van sommige academici, die een begrafenis in Alexandrië waarschijnlijker achten, blijft Martinez toegewijd aan haar zoektocht. Eerdere opgravingen op de site leverden honderden menselijke resten, waaronder met bladgoud versierde mummies, aardewerk en meer dan 300 munten op, waarvan sommige met het portret van Cleopatra VII. Deze artefacten, samen met de recente ontdekking van de onderwaterhaven, bieden steeds meer aanwijzingen die Martinez' theorie ondersteunen.