ECB plant de lancering van de Digitale Euro tegen 2029 om monetaire soevereiniteit te waarborgen tegenover Amerikaanse dominantie

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft tijdens haar bijeenkomst op 30 oktober 2025 in Florence, Italië, haar strategische plannen voor de invoering van de 'Digitale Euro' bekrachtigd. Dit project, dat naar verwachting tegen 2029 operationeel zal zijn, wordt beschouwd als meer dan louter een technologische upgrade; het is een fundamentele stap ter versterking van de monetaire soevereiniteit van Europa. Het voornaamste doel is het verminderen van de toenemende afhankelijkheid van internationale betalingssystemen die momenteel de markt domineren, met name die van Amerikaanse oorsprong.

De beslissing om de Digitale Euro te introduceren, wordt gezien als een direct antwoord op de toenemende geopolitieke spanningen en handelstwisten, waarbij Europa streeft naar strategische autonomie. Momenteel wordt ongeveer 65% van alle kaarttransacties in de eurozone verwerkt door internationale giganten zoals Visa en Mastercard. Bovendien verloopt ruim 10% van de retailtransacties via buitenlandse mobiele applicaties. De Digitale Euro zal de status van wettig betaalmiddel krijgen en is bedoeld om een krachtig netwerkeffect te creëren, wat de concurrentie zal stimuleren en de transactiekosten voor zowel bedrijven als burgers zal verlagen. Het zal gratis, veilig en eenvoudig digitaal betalen mogelijk maken, als aanvulling op contant geld.

De realisatie van dit ambitieuze project vereist het doorlopen van verschillende cruciale fasen. De wetgevende kaders en de normatieve goedkeuring moeten uiterlijk eind 2026 zijn afgerond. Vervolgens staan proefoperaties (pilots) gepland voor 2027. Het welslagen van het project hangt af van de goedkeuring door het Europees Parlement en de lidstaten. Deze partijen hebben reeds hun bezorgdheid geuit over mogelijke risico's, waaronder de uitstroom van deposito's uit commerciële banken en privacykwesties. De ECB is echter vastbesloten en is van plan om bewaarlimieten in te voeren om deze risico's tot een minimum te beperken.

Parallel aan deze structurele hervorming nam de Raad van Bestuur van de ECB tijdens dezelfde bijeenkomst op 30 oktober 2025 een besluit over de rentetarieven. Voor de derde keer op rij werden de belangrijkste rentetarieven ongewijzigd gelaten. De depositorente bleef staan op 2%, de basisrente op 2,15% en de marginale beleningsrente op 2,4%.

Dit besluit weerspiegelt de huidige economische beoordeling: de inflatie in de eurozone heeft zich gestabiliseerd rond de doelstelling van 2%. De economie van de regio toont veerkracht, mede dankzij de zeven opeenvolgende renteverlagingen die eerder werden doorgevoerd. Deze reeks verlagingen begon in september 2024 en de meest recente vond plaats in juli 2025. De stabiliteit van de tarieven onderstreept het vertrouwen van de ECB in het bereiken van haar prijsstabiliteitsmandaat.