Wetenschappers hebben een nieuwe theorie voorgesteld voor de vorming van Mercurius, de binnenste planeet van ons zonnestelsel. Deze theorie, gepubliceerd in Nature Astronomy, suggereert dat Mercurius is ontstaan uit een botsing tussen twee protoplaneten van vergelijkbare massa, in plaats van een catastrofale inslag van een veel groter object, zoals eerder werd aangenomen.
De unieke samenstelling van Mercurius, met een opvallend grote metalen kern die tot 70% van zijn massa uitmaakt en een dunne silicatenmantel, kan verklaard worden door een "grazende" botsing. Deze simulaties, uitgevoerd met smoothed-particle hydrodynamics (SPH), tonen aan dat tot 60% van de oorspronkelijke mantel kon worden afgestoten tijdens zo'n interactie. Dit verklaart de hoge metallische samenstelling van Mercurius, die aanzienlijk hoger is dan bij andere aardse planeten.
Deze nieuwe modellen bieden een meer plausibele verklaring omdat botsingen tussen gelijkwaardige lichamen statistisch waarschijnlijker zijn dan extreme inslagen. Eerdere theorieën die uitgingen van een gigantische inslag komen minder vaak voor in simulaties van de vorming van aardse planeten. De bevindingen van deze studie, waaronder die van astronoom Patrick Franco van het Observatório Nacional in Brazilië, komen goed overeen met de statistische waarschijnlijkheid van dergelijke botsingen, die ongeveer een derde van alle inslagen in het vroege zonnestelsel zouden hebben uitgemaakt.
De studie werpt ook licht op het mogelijke lot van het uitgestoten materiaal. Als de botsing plaatsvond in nabije banen, zou dit materiaal mogelijk geabsorbeerd kunnen zijn door andere vormende planeten, zoals Venus. Dit aspect vereist echter verder onderzoek. De BepiColombo-missie, een gezamenlijke onderneming van de European Space Agency (ESA) en de Japan Aerospace Exploration Agency (JAXA), is momenteel onderweg naar Mercurius en zal naar verwachting in 2026 arriveren om de planeet verder te bestuderen. De missie zal gegevens verzamelen die de huidige modellen kunnen verfijnen en ons begrip van de vorming van rotsachtige planeten in het vroege zonnestelsel kunnen verdiepen.