Griekenland breidt zeebescherming uit: Nieuwe parken moeten ecosystemen herstellen en 2030-doelen realiseren

Griekenland heeft in juli 2025 een krachtige en beslissende stap gezet in de richting van mariene milieubescherming door de oprichting van twee nieuwe nationale zeeparken aan te kondigen. Deze parken zijn strategisch gelegen in de wateren van de Ionische Zee en de Egeïsche Zee. De totale oppervlakte van deze nieuw gecreëerde beschermingszones bedraagt een indrukwekkende 27.500 vierkante kilometer, waardoor ze tot de grootste van het Middellandse Zeegebied behoren. Dit initiatief is van vitaal belang voor het behoud van kritieke mariene ecosystemen, waaronder populaties van dolfijnen en walvissen, en brengt het land significant dichter bij de verplichting om 30% van zijn zeewateren tegen het jaar 2030 te beschermen.

Premier Kyriakos Mitsotakis benadrukte bij de onthulling van de parken dat deze maatregel deel uitmaakt van een omvangrijkere nationale strategie. Deze strategie is noodzakelijk gezien de versnelde klimaatverandering, die de mediterrane biodiversiteit onder zware druk zet en de noodzaak tot snelle actie benadrukt. Binnen dit kader investeert de regering een substantieel bedrag van 780 miljoen euro in 21 specifieke initiatieven. Deze projecten zijn gericht op het versterken van de mariene biodiversiteit en het tegengaan van vervuiling in de kwetsbare kustgebieden. Tot de meest cruciale en verreikende maatregelen behoort een volledig verbod op bodemtrawlvisserij in alle beschermde zones, een verbod dat uiterlijk tegen 2030 van kracht moet zijn. Daarnaast wordt er geïnvesteerd in de ontwikkeling van de vereiste infrastructuur om de overgang naar elektrische vaartuigen te faciliteren, wat bijdraagt aan schonere maritieme activiteiten.

Hoewel de oprichting van de zeeparken door milieuorganisaties met gejuich werd ontvangen als een onmisbare stap voor het herstel van de mariene hulpbronnen, leidde de aankondiging tot een onvermijdelijke diplomatieke reactie. Turkije liet onmiddellijk weten dat de eenzijdige acties van Griekenland in de Egeïsche Zee geen juridische gevolgen hebben voor bilaterale kwesties. Ankara gaf echter tegelijkertijd aan bereid te zijn tot samenwerking op het gebied van milieubescherming. Dit illustreert de gevoeligheid van de regio, waarbij zelfs natuurbeschermingsinitiatieven een delicate zoektocht naar gemeenschappelijke grond vereisen en geopolitieke spanningen blijven bestaan.

Parallel aan deze uitbreiding van de beschermde gebieden, wordt Griekenland geconfronteerd met aanzienlijke interne ecologische uitdagingen die de aandacht opeisen. Een sprekend voorbeeld hiervan is de situatie in de regio Attica, waar in 2024 maar liefst 22 stranden hun prestigieuze internationale ‘Blauwe Vlag’-status verloren. Dit verlies was direct te wijten aan verslechterende milieuprestaties en de overbelasting van de lokale infrastructuur, wat wijst op beheersproblemen. Dit incident onderstreept de dringende noodzaak van een integraal en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen. De uitbreiding van de beschermde zones wordt daarom beschouwd als een fundamentele stap om de mariene fauna te laten floreren, de ecologische balans te herstellen, en de algemene veerkracht van de regio op lange termijn duurzaam te versterken tegen toekomstige bedreigingen.