De onderhandelingen over een wereldwijd verdrag tegen plasticvervuiling zijn in een impasse beland. De meest recente ontwerptekst, gepresenteerd door de voorzitter van het Intergouvernementeel Onderhandelingscomité, Luis Vayas Valdivieso, werd door veel deelnemende landen afgewezen. De gesprekken, die plaatsvonden in Genève onder auspiciën van de Verenigde Naties, zouden op 14 augustus 2025 worden afgesloten.
De ontwerptekst kreeg scherpe kritiek omdat deze cruciale aspecten zoals het beperken van de plasticproductie en het reguleren van giftige chemicaliën in plasticproducten onvoldoende aanpakte. Panama uitte sterke afkeuring, met de opmerking: "Dit is geen ambitie: dit is overgave." De Europese Unie achtte het voorstel "niet acceptabel" vanwege het gebrek aan "duidelijke, robuuste en uitvoerbare maatregelen", terwijl Kenia het ontbreken van "wereldwijde bindende verplichtingen over alles" benadrukte. Er bestaat een duidelijke verdeeldheid onder de deelnemende landen over de focus van het verdrag. Olieproducerende landen, waaronder Saoedi-Arabië, Rusland en Iran, gezamenlijk bekend als de "Like-Minded Group", pleiten voor een verdrag dat zich richt op afvalbeheer in plaats van productiebeperkingen. Koeweit, sprekend namens deze groep, benadrukte het belang van consensus en stelde: "Zonder consensus is er geen verdrag dat de moeite waard is om te ondertekenen."
Milieugroeperingen uitten eveneens diepe bezorgdheid over de tekortkomingen van het ontwerp. Het Wereld Natuur Fonds (WWF) benadrukte de kritieke aard van de resterende onderhandelingstijd en waarschuwde dat een mislukking om tot een akkoord te komen zou leiden tot "meer schade, meer leed, meer ellende". Greenpeace noemde de tekst een "geschenk aan de petrochemische industrie en een verraad aan de mensheid", omdat deze de kern van het probleem, de gestage groei van de plasticproductie, negeert. Meer dan 400 miljoen ton plastic wordt jaarlijks wereldwijd geproduceerd, waarvan de helft voor eenmalig gebruik is. Slechts 9% wordt gerecycled.
De onderhandelingen, die begonnen in 2022, hebben te kampen met een impasse, mede door de consensusregel die vereist dat alle landen akkoord gaan, waardoor een kleine groep landen de voortgang kan blokkeren. De invloed van de fossiele brandstofindustrie en de focus op afvalbeheer in plaats van productiebeperkingen door landen als Saoedi-Arabië en Rusland, weerspiegelt een bredere strijd tussen milieu-ambities en economische belangen. De Verenigde Staten hebben zich ook verzet tegen productiebeperkingen, wat de positie van de "Like-minded Group" versterkt. Met de naderende deadline blijft de toekomst van het wereldwijde plasticvervuilingsverdrag onzeker. Onderhandelaars staan onder aanzienlijke druk om het ontwerp te herzien om de zorgen van verschillende landen en milieugroeperingen te integreren. Een herziene versie van de verdragstekst werd op de laatste dag van de onderhandelingen verwacht. De uitkomst van deze onderhandelingen is van cruciaal belang, gezien de voortdurende wereldwijde milieu- en gezondheidsrisico's van plasticvervuiling. De internationale gemeenschap wacht op een oplossing die de gehele levenscyclus van plastic producten, van productie tot afdanking, effectief aanpakt.