Oudheid van betelnootgebruik aangetoond door tandplakonderzoek
Archeologisch onderzoek heeft aangetoond dat mensen in Zuidoost-Azië al 4000 jaar geleden, tijdens de bronstijd, betelnoten consumeerden. Deze bevinding is gebaseerd op de analyse van tandplak. Onderzoekers van de Chiang Mai Universiteit identificeerden alkaloïden uit betelnoten in tandsteen van een 4000 jaar oud skelet gevonden op de Nong Ratchawat-site in Thailand. De studie is gepubliceerd in *Frontiers in Environmental Archaeology*.
Nieuwe methode onthult verborgen praktijken
De studie toont aan dat tandplak chemische sporen van psychoactief plantgebruik kan bewaren, zelfs wanneer traditioneel archeologisch bewijs ontbreekt. De ontdekking suggereert dat het kauwen van betelnoten mogelijk werd gebruikt voor verschillende doeleinden. Betelnootgebruik is in de oudheid ontstaan in Zuidoost-Azië. De planten bevatten stoffen die de alertheid, energie en euforie kunnen verhogen.
Gevolgen voor gezondheid en volksgezondheid
Betelnootconsumptie is in verband gebracht met gezondheidsrisico's. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwt dat betelnootkauwen een belangrijke oorzaak is van mondkanker. Uit een studie van het International Agency for Research on Cancer (IARC) bleek dat in 2022 meer dan 120.000 gevallen van mondkanker wereldwijd werden veroorzaakt door het gebruik van rookloze tabak en arecanoten.
Culturele context en modern onderzoek
Ondanks de gezondheidsrisico's blijft betelnootgebruik bestaan in bepaalde gemeenschappen. Modern onderzoek richt zich op de gezondheidsrisico's van betelnoten. Het identificeren van plant-afgeleide moleculen uit tandsteen stelt archeologen in staat om oude gewoonten te detecteren. Het gebruik van biomoleculaire hulpmiddelen in de archeologie kan meer onthullen over de gewoonten van voorouders.