Genetische adaptatie: Hoe Bolivianen evolueerden om arseen te tolereren

Bewerkt door: Katia Remezova Cath

Genetisch onderzoek onthult dat mensen aanzienlijke biologische aanpassingen hebben ondergaan in de recente evolutionaire geschiedenis, wat gangbare aannames uitdaagt. Dit begrip biedt inzicht in de veerkracht en het aanpassingsvermogen van de mens, wat ten goede komt aan gebieden als geneeskunde en volksgezondheid.

Inheemse gemeenschappen in de Boliviaanse hooglanden hebben zich aangepast aan het leven op hoogtes van meer dan drie kilometer, waar het zuurstofniveau aanzienlijk lager is. Wetenschappers hebben ontdekt dat deze Andesbevolkingen ook opmerkelijke genetische aanpassingen hebben ontwikkeld sinds ze zich ongeveer 10.000 jaar geleden in de Zuid-Amerikaanse hooglanden vestigden. Deze aanpassingen helpen hen te gedijen in hun uitdagende omgeving.

Hoge concentraties arseen, een giftige stof die in verband wordt gebracht met verschillende gezondheidsproblemen, komen van nature voor in het drinkwater van de Andes. De biochemie van Andesvolkeren is echter geëvolueerd om dit gif efficiënt te metaboliseren. Populaties in Bolivia, Argentinië en Chili hebben varianten ontwikkeld in het AS3MT-gen. Dit gen produceert een enzym dat arseen afbreekt in de lever.

Dit is een uitstekend voorbeeld van natuurlijke selectie, waarbij organismen evolueren om zich aan te passen aan hun omgeving voor overleving en voortplanting. Onder de Uru, Aymara en Quechua-volkeren van de Boliviaanse Altiplano werd een zeldzame DNA-sequentie dominant. Deze aanpassing benadrukt de voortdurende biologische evolutie bij de mens. Het daagt de al lang bestaande overtuiging uit dat de menselijke evolutie aanzienlijk vertraagde na de opkomst van Homo sapiens.

Gedurende een groot deel van de 21e eeuw geloofden veel evolutionair biologen dat mensen de afgelopen millennia langzaam evolueerden. Dit in tegenstelling tot de dramatische transformaties eerder in onze prehistorie. Vroege studies van modern menselijk DNA vonden beperkte genetische variaties die uniek zijn voor specifieke populaties. Dit leek het idee van evolutionaire stagnatie te bevestigen.

Bijgevolg geloofden veel wetenschappers dat de recente menselijke geschiedenis vooral ging over culturele veranderingen, zoals de ontwikkeling van de landbouw, in plaats van biologische aanpassingen. De ontdekking van arseentolerantie bij Andesbevolkingen toont de kracht aan van natuurlijke selectie om de menselijke biologie vorm te geven, zelfs in de recente tijd. Dit begrip kan dienen als basis voor strategieën voor de volksgezondheid en gepersonaliseerde geneeskunde.

Bronnen

  • wisata.viva.co.id

Heb je een fout of onnauwkeurigheid gevonden?

We zullen je opmerkingen zo snel mogelijk in overweging nemen.